De woningmarkt is oververhit. Ook in Etten-Leur. Wethouder Ger de Weert weet dat als geen ander. Elke dag werkt hij samen met anderen gedreven aan oplossingen. Wij vragen hoe hij aankijkt tegen de lokale woningmarkt.
Ger de Weert straalt trots uit op de plek waar hij sinds 2011 met zijn vrouw Luci woont. ‘We hebben het hier enorm naar ons zin. Etten-Leur is een hele fijne plaats om te wonen. Door de jaren groeide het uit van twee dorpen naar een middelgrote stad. Daarbij is het gelukt om het knusse, dorpse karakter te behouden en tegelijkertijd hele goede voorzieningen te realiseren. In de opzet van de wijken is nadrukkelijk gekeken naar gevarieerde bouw: niet alleen sociale of grote woningen, maar juist veel door elkaar heen. Er staan goede (brede) scholen, er is veel groen in de wijken, je kunt hier bijna elke sport beoefenen. En dan zijn er nog de vele verengingen, een rijk aanbod winkels en goede parkeervoorzieningen. Ja, ik vind het echt een gemeente om trots op te zijn.’
De uitdaging is om dat de komende jaren vast te houden. ‘Etten-Leur moet groeien, daar twijfel ik niet aan. Zoals een bedrijf moet groeien om te overleven, zo moet een gemeente dat ook. Je hebt nu eenmaal voldoende mensen nodig om samen de stijgende kosten van goede voorzieningen te dragen. Daarnaast is er de toenemende vraag uit de markt. Mensen moeten wonen en doen dat nu eenmaal graag in grotere, levendige kernen. Dat geldt voor starters, voor jonge gezinnen én voor mensen die vitaal ouder willen worden. Etten-Leur is bij uitstek zo’n kern en dus loopt de druk op de woningmarkt hier op. Maar we willen wel het specifieke karakter van deze stad behouden.’
“Etten-Leur moet groeien, daar twijfel ik niet aan. Zoals een bedrijf moet groeien om te overleven, zo moet een gemeente dat ook.”
De ambitie vanuit de regionale investeringsagenda is dan ook om tot 2040 zo’n 3.800 woningen te realiseren. Daarvan komen er zeker 1.000 in bestaande wijken. ‘Het borgen van leefbaarheid in de oudere kernen vind ik heel belangrijk. Nieuwbouw draagt daar in grote mate aan bij. Het zorgt voor nieuwe levendigheid en een fris aanzicht. Kijk maar naar locaties als de Wipakker, de Couperuslaan, Nieuwe Nobelaer, het Van Bergen Park, het plan bij de Kerkwerve, het Juvenaat. Van dat soort projecten profiteert een hele wijk.’
Daarnaast wordt op dit moment gesproken over flinke uitbreidingswijken aan de Hoge Haansberg en de Lage Vaartkant. ‘Locaties die vrijwel naadloos aansluiten bij de bestaande situatie, met alle wijken relatief dichtbij het centrum Zo ligt de Hoge Haansberg op loopafstand van het station. Belangrijk, want bij woninguitbreiding zijn bijbehorende mobiliteitsoplossingen onmisbaar. Het verleggen van de A58 om Etten-Leur heen was destijds een slimme keuze. Wat nog ontbreekt zijn goede randwegen om het verkeer vanuit wijken te begeleiden. Bijvoorbeeld een ondertunneling onder het spoor aan de oostkant. De gemeenteraad heeft ook een duidelijke richting meegegeven voor een noordelijke randweg. Hoe de mobiliteit zich in de toekomst ontwikkelt, is nu nog moeilijk voorspelbaar. We zijn gewend om in de auto te stappen en weg te rijden. Maar misschien stopt er over tien jaar wel een elektrisch busje voor de deur precies op de tijd die wij willen. Ook daarover moet je nadenken als je investeert in een stad.’
Dit soort projecten kan een gemeente dan ook nooit alleen aanpakken, zegt Ger. ‘Dat hoeft gelukkig ook niet. Ik merk dat Etten-Leurenaren uitdagingen graag willen aanpakken en oplossen. De basishouding is nuchter, mensen kijken vooruit en denken constructief mee. Samen maken we binnen de woningopgave ruimte voor allerlei initiatieven en woonvormen. Van particuliere bouw tot sociale en middeldure huur. Allerlei partijen werken daaraan mee, ook financiële dienstverleners als Luyten. Bedrijven die de omgeving goed kennen en lokaal invulling geven aan de vraag aan financieringen en verzekeringen. Ook dat hoort bij de goede voorzieningen die we hier in Etten-Leur hebben.
En ook dat willen we graag behouden.’
